• website
• wikipedia
• kb
• dbnl
• wat gedichten
• ipoetry
•• In zijn sonnettenproject op Neerlandistiek.nl behandelt Marc van Oostendorp de ontwikkeling van de Nederlandse taal aan de hand van 196 (14x14) sonnetten. De laatste reeks van veertien is op speciaal verzoek door veertien dichteressen geschreven. Veertien maandagen lang kunt u hier steeds een van die sonnetten lezen, inclusief beschouwing. Vandaag het vijfde. De eerdere waren van Lieke Marsman, Delphine Lecompte, Mieke van Zonneveld. en Hester Knibbe.
Sneeuw en inkt
Het zijn deze winters die ik terug wil
halen, twee volle pagina’s gevuld met
sneeuw en lange dunne regels in inkt
geschreven als horizon, een enkele
verre vogel stippelt zijn punten op
de i’s er in. Ik zal mijn hoofd met
berenvel stofferen en ga er wonen
in een knusse hut, kijkend naar
hoe tussen de rotsen en de schrale
bomen een rest van licht zich naar het poolijs
bukt, de lange nacht zich buigt – één
die elk uitzicht in zich opzuigt.
‘O dan verschaft de met het duister
samenvloeiende inkt een zee van licht!’
Elly de Waard (1940)
Wat is een sonnet? Een van de dingen die opvalt als je de 14 nieuwe sonnetten bestudeert die dichters maakten voor deze serie is dat ze bijna allemaal een titel hebben: een paar woorden die buiten het gedicht vallen (de titel is nooit een van de veertien regels).
En verder herken je het sonnet aan de veertien regels. Vorig jaar verscheen in het elektronisch poëzietijdschrift Meander dit (titelloze!) gedicht van Elly de Waard, en ik denk niet dat iemand er een sonnet in heeft gezien:
Hier zijn de winters die ik terug wil halenEr zijn wel wat dingen veranderd, in de sonnetvorm hebben de pagina’s en de regels zich vermenigvuldigd. Het licht buigt niet meer, maar bukt, terwijl de nacht nu juist wel buigt.
een volle pagina gevuld met sneeuw
een lange dunne regel in inkt geschreven
de horizon, een enkele verre vogel
stippelt de punten op de i’s er in
Daar laat ik mijn hoofd met berenvel stofferen
ik ga er wonen in die knusse hut
en kijk hoe tussen de stammen van de schrale bomen
een rest van licht zich over het poolijs buigt
de nacht invalt – een die elk uitzicht in zich opzuigt
O dan verschaft de met het duister
samenvloeiende inkt een zee van licht!
Op De Waards eigen blog plaatste ze afgelopen januari een andere versie, die wel al ‘Sneeuw en inkt’ heet, en ook verder vrijwel identiek is aan ons sonnet, behalve dat een woordje naar ontbreekt. En dat die versie geen sonnet is:
Sneeuw en inktToen het gedicht nog geen sonnet was, was het rustiger. De meeste regeleindes correspondeerden met het einde van grote woordgroepen (behalve natuurlijk “een”). In het sonnet kan juist geen enkele regel op zichzelf staan, je wordt gedwongen om almaar door te lezen.
Het zijn deze winters die ik terug wil halen
de volle pagina’s gevuld met sneeuw
en lange dunne regels in inkt geschreven
als horizon, een enkele verre vogel
stippelt de punten op de i’s erin
Ik zal mijn hoofd met berenvel stofferen
en ga er wonen in een knusse hut
kijkend hoe tussen de rotsen en de schrale bomen
een rest van licht zich naar het poolijs bukt
De lange nacht zich buigt, een
die elk uitzicht in zich opzuigt
‘O dan verschaft de met het duister
samenvloeiende inkt een zee van licht!’
Het citaat, de enige twee regels die alle veranderingen overleven, is van Joseph Brodsky (de vertaling die ik ken is “O, de inkt die met het duister samenvloeit, verschaft ons in de nacht zoveel licht!”). Toevallig of niet: Brodsky zette ooit een gedicht van Poesjkin om in een sonnet.
• Marc van Oostendorp
• Leest allemaal de Onze Taal. Of Zone 5300.
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Aan- en afmelden: http://high5.nl/minimalist/?l=laurensjzcoster
Geen opmerkingen:
Een reactie posten