= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
* cubra
* dbnl
Het goor
Hoezeer verdwaald en amper nog ontkomen
aan zeediepe moerassen achteraf,
hoezeer verdwaald nog dolen wij langs zomen
van gagel bij ons voorbestemde graf.
En immer weten, dat er dromen leven
die onverhoeds worden de werkelikheid.
En immer wankel gaan en immer beven,
wanneer de voet in het moer ternederglijdt.
O bulten van de hei! o eenzaamheden
te midden der woestijn van plas na plas,
waar kromme masten hun wanstaltigheden
tonen aan wie verlangt naar kanada’s.
Gezeten, zijn wij mee verjaagd. Waar zwerven
toch onze voeten en de geest naar toe?
Het groot verlangen kan in ons niet sterven,
dat eens de blonde hof zich opendoe.
O bomen aan den horizont, o duinen
aan genen kant van het eeuwige moeras:
waar zijn de stilgonzende bloesemtuinen,
waar men, als kind, zo hemels-zingend was –?
Paul Vlemminx (1907-1972)
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Aan- en afmelden: http://lists.freeteam.nl/mailman/listinfo/coster-l
Geen opmerkingen:
Een reactie posten