= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
* wikipedia
* dbnl
* Vroman foundation
* Vroman 27, 75, 98
* bloemlezinkje
Volgende maand verschijnt aflevering 170 van de Meander-Klassiekers.
Ter gelegenheid daarvan koos Klassiekers-oprichter en -redacteur (en dichter)
Joop Leibbrand vijf moderne klassiekers, die we deze week bij Coster
publiceren. Vandaag als tweede een gedicht van Leo Vroman. De analyse ervan leest u bij Meander.
Nacht
Dieper naar voren kan ik mij niet buigen
over de wereldrand, spaarzaam verlicht.
Met het gelaat op blinde duisternis gericht
kan ik mij van Gods glans niet overtuigen.
De verste nadering betracht ik in de vele
gedachten die ik naar dat hol gebied
uitzend; talrijke keren niet,
doch ik verlies mij in dit koppig spelen
en in de pijn die tot een lust verdooft
om hun verminkte wederkomst waaraan
'k een wreed en zeker teken hecht van Gods bestaan:
dat ginds een wand is waar wat in hem gelooft
en tot zijn licht vliegt blindelings op stuit.
Doch wellicht hoort hij in de stilste nachten
het zieke ritselen van mijn gedachten
die zich te pletter fladderen buiten op zijn ruit.
Leo Vroman (1915)
uit: 262 Gedichten (1974)
Maar op mijn verjaardag zelf doen we waarschijnlijk ongeveer niets.
Dode vrienden en
vriendinnen zullen ons wel niet bellen en cadeautjes
hebben we niet nodig. Op één cadeau
verheug ik me al wel: Peggy brengt
ons gemberboterkoek zoals mijn moeder die maakte,
vooral toen die nog leefde.
- Leo Vroman (werd onlangs 98)
= = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = = =
Abonnees van Laurens Jz. Coster ontvangen iedere dag een gedicht per mail.
Aan- en afmelden: http://high5.nl/minimalist/?l=laurensjzcoster
Geen opmerkingen:
Een reactie posten